Bedrijfsethiek, mensenrechten en China

11-04-2025


In de afgelopen decennia was China een magneet voor internationale bedrijven. Geen andere grote markt groeide even snel, en bovendien was China ook nog eens de fabriek van de wereld. Daar viel omzetgroei te halen, en daar kon goedkoop geproduceerd worden. Maar het was ook algemeen bekend dat er problemen waren met mensenrechten. In 1989 zette de Chinese regering het leger in om met grof geweld een einde te maken aan grootschalige protesten voor beter bestuur op het Plein van de Hemelse Vrede en elders in het land. Buitenlandse journalisten waren getuige van die gebeurtenissen en deden er uitvoerig verslag van. Onafhankelijke rechtspraak, media of vakbonden zijn er niet. Bewegingen voor meer autonomie in de regio's Tibet en Xinjiang (thuisregio van de Oeigoeren) worden sinds lang de kop ingedrukt.

Maatschappelijk ondernemen en China

Wat moet een bedrijf dat zich maatschappelijk verantwoordelijk wil gedragen met een land als China? Vooral voor grote bedrijven is China vaak niet of bijna niet te vermijden. Dat toch doen kan aanzienlijke consequenties hebben voor de financiële gezondheid van de onderneming, of zelfs het voortbestaan ervan in gevaar brengen. Veel bedrijven in de westerse wereld zijn dan ook direct of indirect aan China verbonden.

Gelukkig biedt het boek Bedrijfsethiek een goede zaak (2006), geredigeerd en voor een belangrijk deel geschreven door Ronald Jeurissen, aanknopingspunten als het gaat om mensenrechten en internationaal zakendoen. Meer invloed betekent een grotere verantwoordelijkheid, zo maakt het boek duidelijk. Een bedrijf is volledig verantwoordelijk voor de mensenrechtengevolgen van de eigen operaties. Er is ook een grote verantwoordelijkheid voor de mensenrechten in de directe zakelijke omgeving, en daarnaast een verantwoordelijkheid om bij te dragen aan een positief mensenrechtenklimaat in het land waarin een bedrijf actief is (Jeurissen, 2006, p. 254). [EK1]

Een bedrijf dat zaken doet met een land met ernstige mensenrechtenproblemen kan zich dus verantwoordelijk gedragen door zich in te zetten voor een goede mensenrechtensituatie binnen de eigen operaties en in de productieketen, en door ook de lokale overheid aan te spreken over bepaalde mensenrechtenkwesties. Maar dat is nog niet het hele verhaal. Want ook dan is het bedrijf nog altijd indirect betrokken bij mensenrechtenschendingen. Twee mogelijke vormen van betrokkenheid zijn dat de onderneming bijdraagt aan de belastinginkomsten van de overheid, en dat ze legitimiteit verschaft aan de regering die verantwoordelijk is voor mensenrechtenschendingen. Om die reden worden internationale bedrijven soms opgeroepen om zich terug te trekken uit een bepaald land, of om alle zakelijke banden met het land te verbreken. In Bedrijfsethiek een goede zaak worden IHC Caland (nu SBM Offshore) en Heineken en hun aanwezigheid in Myanmar in de jaren '90 besproken als voorbeelden van bedrijven die met dat dilemma geconfronteerd werden.

Zakendoen of terugtrekken uit China

Wanneer is het beter als een bedrijf blijft, en wanneer moet het zich terugtrekken? En hoe zit het wat dat betreft met zakendoen in en met China? Ten tijde van de Olympische Zomerspelen in Beijing in 2008 hadden organisaties als Amnesty International en Human Rights Watch kritiek op China vanwege onder andere het onder druk staan van de persvrijheid en vrijheid van meningsuiting in het land (Amnesty International, 2008 & Human Rights Watch, 2008). Desondanks stonden buitenlandse bedrijven zoals Volkswagen, UPS en Mars te springen om het evenement te sponsoren (Gonzalez, 2008). De voornaamste reden voor bedrijven om deze sponsorrechten te bemachtigen was om zich van een marktaandeel te verzekeren in de snel groeiende Chinese economie, met een heuse sponsoring-wapenwedloop tussen sportmerken Nike en Adidas voor Chinese atleten als gevolg (Branigan, 2008).

De situatie in 2008 was bijna tegenovergesteld aan de situatie in de aanloop naar de Olympische Winterspelen in 2022. De perceptie van China in het Westen was door de jaren heen veranderd. De Spelen van 2022 werden door verschillende landen formeel diplomatiek geboycot, wat onder andere inhield dat ze geen regeringsvertegenwoordigers stuurden naar de openingsceremonie. De boycot werd gestart door de Verenigde Staten, dat "genocide en misdaden tegen de menselijkheid'' in Xinjiang als voornaamste reden voor de boycot noemde. Amerikaanse atleten konden overigens nog wel deelnemen aan de Spelen (Mather, 2022).

Deze veranderde houding jegens China uitte zich ook bij de sponsoren van de Winterspelen. De vaste partners van het Internationaal Olympisch Comité - waaronder Airbnb, Allianz, Atos, Bridgestone, Coca-Cola, Intel, Omega, Parasonic, Procter & Gamble, Samsung, Toyota en Visa - deden weinig om hun betrokkenheid bij de Winterspelen te promoten (Clayton & Dyer, 2022). Er waren in 2022 slechts drie buitenlandse sponsoren buiten de vaste partners van het IOC, namelijk Education First, PwC en Mars (China Briefing, 2021). Dat laatste bedrijf werd opgeroepen door Tibetaanse en Oeigoerse organisaties om zich terug te trekken als sponsor (International Tibet Network, 2021). Volgens de actiegroepen was de Chinese regering ongeschikt als partner voor Mars om mee samen te werken op het gebied van mensenrechten, en zou sponsoring bijdragen aan meer legitimiteit voor een regering die zich schuldig maakte aan genocide en andere mensenrechtenschendingen. Die laatste zorg werd ook door diverse leden van het Amerikaanse Congres geuit tijdens een hoorzitting met een aantal vaste partners van het IOC (CECC, 2021).

Is met het verslechteren van de mensenrechtensituatie in Xinjiang een punt bereikt waarop internationale bedrijven meer kwaad dan goed kunnen doen zolang ze zaken blijven doen in en met China? De repressie in Xinjiang is rond 2017 flink opgevoerd, maar was er ook voor die tijd ook al. Ook de onderdrukking van de Tibetaanse bevolking van China gaat al vele decennia terug. Overigens is het al dan niet plegen van genocide door de Chinese regering geen duidelijk gegeven. Volgens Amnesty International is de Chinese regering ongetwijfeld verantwoordelijk voor ernstige mensenrechtenschendingen in Xinjiang, maar is er onvoldoende bewijsmateriaal om te kunnen stellen dat het om genocide gaat (Amnesty International Nederland, 2025).

Veranderende context

Relevant is ook dat de economische en politieke context is veranderd. China heeft zich snel ontwikkeld sinds 2008 en is minder afhankelijk geworden van buitenlandse investeringen en technologie. Mede daardoor zijn de lange-termijnvooruitzichten voor buitenlandse bedrijven op een aandeel van de Chinese markt juist slechter geworden. Bovendien wordt China steeds meer als dreiging gezien door de VS. Bij de steeds intensievere geopolitieke rivaliteit tussen de twee landen wordt mensenrechtenkritiek op China ook steeds meer een diplomatiek drukmiddel dat de Amerikaanse regering kan inzetten.

China is een land waar de mensenrechtensituatie langdurig problematisch is. Ook in 2008 en de decennia daarvoor was dat het geval. Voor bedrijven in een land als Nederland is het bijzonder lastig om de ernst van de mensenrechtensituatie zodanig te duiden dat ze een afweging kunnen maken tussen het verbreken of aanhouden van hun zakelijke relatie met het land. Zolang hun eigen regering diplomatieke betrekkingen onderhoudt met China en voor zover die geen beperkingen oplegt aan het zakendoen met China kunnen ze zich het beste laten leiden door de richtlijn in het boek van Jeurissen. Dus verantwoordelijkheid nemen voor de mensenrechten binnen de eigen operaties en in de zakelijke omgeving, en in beperkte mate ook in bredere zin, maar niet de banden verbreken tenzij dat om andere dan morele overwegingen wenselijk is.


Door Frans-Paul van der Putten en Joep den Teuling. Oorspronkelijk gepubliceerd als hoofdstuk in: Edgar Karssing, Sacha Spoor, André Nijhof en Henk Kievit eds, Bescheiden en bemoedigend: Liber Amicorum voor Ronald Jeurissen, Breukelen: Nyenrode Business Universiteit, 2025, pp.44-46.



Bronnen

Amnesty International, 2008, 'Olympics: China and IOC must learn from mistakes and uphold human rights values', geraadpleegd 7 januari 2025 via https://www.amnesty.org/en/latest/news/2008/08/olympics-china-and-ioc-must-learn-mistakes-and-uphold-human-rights-values-200808/

Amnesty International Nederland, 2025. 'Xinjiang en de Oeigoeren', China-informatieplatform, geraadpleegd 7 januari 2025 via https://www.amnesty.nl/wat-we-doen/landen/china-informatieplatform/xinjiang-en-de-oeigoeren

Branigan, Tania, 18 augustus 2008, 'The real Olympics competition: Nike and Adidas claim China's heroes'. The Guardian. https://www.theguardian.com/sport/2008/aug/18/olympics2008.retail 

CECC (Congressional-Executive Commission on China), 2021, 'Corporate sponsorship of the 2022 Beijing Olympics', hoorzitting, 27 juli 2021, via https://www.congress.gov/117/chrg/CHRG-117hhrg45410/CHRG-117hhrg45410.pdf 

China Briefing, 2021, 'Winter Games: A Look at the Sponsors, Private Sector Participation', geraadpleegd 7 januari 2025 via https://www.china-briefing.com/news/commercial-investments-in-the-beijing-olympic-winter-games-a-look-at-the-sponsors-private-sector-participation/ 

Clayton, James & Dyer, Jasmin, 28 januari 2022, 'Winter Olympics: Global sponsors quiet ahead of Beijing Games'. BBC. https://www.bbc.com/news/business-60136347 

Gonzalez, Yolaiki, 6 augustus 2008, 'Beijing Olympics: Payoff for Sponsors'. CNBC. https://www.cnbc.com/2008/08/06/beijing-olympics-payoff-for-sponsors.html 

Human Rights Watch, 2008, 'China: Olympics Harm Key Human Rights', geraadpleegd 7 januari 2025 via https://www.hrw.org/news/2008/08/06/china-olympics-harm-key-human-rights

International Tibet Network, 2021, 'Joint open letter to Snickers: Drop Beijing 2022', 1 april 2021, via https://tibetnetwork.org/joint-open-letter-to-snickers-drop-beijing-2022/

Jeurissen, Ronald, red., 2006, Bedrijfsethiek een goede zaak, zesde druk, Assen: Van Gorkum.

Mather, Victor, 6 februari 2022, 'The Diplomatic Boycott of the Beijing Winter Olympics, Explained'. The New York Times. https://www.nytimes.com/article/diplomatic-boycott-olympics.html